In het hart van de Moulin Rouge

Als peuter in Australië droomde ze er al van danseres te worden. Nu zet ze avond aan avond een mythisch podium in Parijs in vuur en vlam.

Paul Robert

“Ik weet niet zeker of ik dat wel kan.” Terwijl het publiek om haar heen in gejuich uitbarstte, staarde de 18-jarige Madison Ayton met ontzag en een vleugje angst naar het dansgezelschap dat het applaus op het podium voor haar in ontvangst nam. 

Het waren niet de danspassen of de choreografie waarover ze zich druk maakte. Ze was ervaren en zelfverzekerd genoeg om te weten dat ze dat allemaal kon leren. Wat haar overweldigde toen ze voor het eerst de show zag, was de complexiteit ervan, het vliegensvlugge tempo waarin kostuums en decorstukken gewisseld werden. Er zat een wereld van verschil tussen de klassieke dans, waarmee ze had moeten stoppen, en het beroemdste cabarettheater in Parijs: de Moulin Rouge. 

Dansen. Al zolang ze zich herinnerde, was dat wat ze wilde doen. “Als peuter begon ik al ritmisch te bewegen zodra ik muziek hoorde”, zegt Madison, terwijl ze aan een tafel in de lobby van het cabaret zit. Aan de muren hangen de originele posters van Henry de Toulouse-Lautrec (1864-1901), de Franse kunstenaar wiens naam onlosmakelijk verbonden is met de vroege geschiedenis van het beroemde theater. Buiten maken drommen toeristen foto’s van zichzelf en elkaar, al dansend, tegen de achtergrond van de iconische rode windmolen op het dak, een herkenningspunt dat bijna net zo bekend is als de Eiffeltoren. 

Madisons debuut hier is nu bijna vier jaar geleden. Ze is inmiddels 22 en, zomer 2023, een van de leidende danseressen in het team. Het was niet haar ultieme ambitie om danseres te worden in een Frans cabaret. Als kind in het Australische Brisbane droomde ze ervan prima ballerina te zijn bij een beroemd klassiek gezelschap. “Mijn moeder stuurde me naar balletles toen ik drie was”, zegt ze. “Ik wist meteen dat dansen was wat ik wilde.”

Omdat haar ontluikende talent gezien werd, combineerde Madison school met danslessen. Als vijftienjarige won ze brons in de prestigieuze Genée International Ballet Competition en kort daarna namen haar ouders ontslag om te verhuizen naar Londen, zodat Madison haar danscarrière daar kon verwezenlijken. Haar grote doorbraak kwam in 2017. “Ik deed auditie bij de Nationale Balletacademie in Amsterdam en kreeg meteen een contract bij hun Junior Company”, vertelt ze. Madison trad nu op met een van de grootste Europese dansgezelschappen. 

Haar tijd in Amsterdam draaide uit op een nare ervaring. Het was wreed, zegt ze zelf. Terwijl ze net van school kwam “werd verondersteld dat ik alles wist”, maar ze voelde zich verloren als zestienjarige zonder ouders in een nieuwe stad. De training was zwaar en er was veel concurrentie, maar toch “vond ik elke seconde geweldig.” Madison was op weg om alles te worden waarvan ze gedroomd had. 

“Mijn lichaam maakte een eind aan die droom”, zegt Madison nu. “Ik kreeg een groeispurt en was ineens te lang voor klassiek ballet.” Danseressen mogen niet uittorenen boven hun mannelijke partners, en omdat ze vaak op het puntje van hun tenen staan is het een probleem als een danseres de 1,80 meter aantikt. Madisons klassieke carrière kwam ten einde voordat die serieus gestart was. 

“Ik ging weer naar audities”, zegt ze. Het was een drukke tijd voor haar, omdat ze “nog steeds optrad in Amsterdam, terwijl ik ook naar andere plekken reisde om te onderzoeken welke mogelijkheden ik had.” Haar toekomst in het klassieke ballet had zijn plafond bereikt, maar ze moest denken aan Courtney Male, een Australische danseres met wie ze al heel lang bevriend was en die in Parijs danste, in de Moulin Rouge. Courtney was gek op haar leven in de Franse hoofdstad, wist Madison. Het zou geweldig zijn haar te volgen. 

De Moulin Rouge houdt jaarlijks audities, en niet alleen in Frankrijk, legt Fanny Rabasse uit. Rabasse is de pr-manager van het theater. Artistiek directeur Janet Pharaoh, zelf een voormalige Moulin Rouge-danseres, gaat regelmatig op reis: naar Australië, Nieuw-Zeeland, Canada, Noorwegen en het Verenigd Koninkrijk, haar geboorteland. Ze organiseert in al die landen massa-audities om talent te selecteren voor het 90-koppige team in Parijs. Regelmatig doen er meer dan 100 ambitieuze jonge dansers mee, en slechts enkele gelukkigen gaan naar huis met goed nieuws. Madison was een van hen. “Ik werd meteen aangenomen”, zegt ze. Voor de Moulin Rouge zijn haar lengte en eindeloze benen juist een enorm voordeel. 

Madison verhuisde in juli 2019 naar Parijs. De Moulin Rouge regelde een appartement en toegewijde medewerkers hielpen haar met het noodzakelijke papierwerk en een zorgverzekering, terwijl ze een warm welkom kreeg van haar nieuwe collega’s. 

Eenmaal aan boord start het werk meteen voor de lange, slanke, jonge dansers en danseressen, te beginnen met sessies met kostuumontwerpers en schoenmakers die aan het theater verbonden zijn. Van de 90 danseres heeft iedereen eigen maatwerkkostuums en -schoenen. Achter de schermen leggen elke avond 14 kleedsters de kostuums in een specifieke volgorde klaar, zodat elke danser zijn of haar outfit binnen een paar seconden kan vinden. Sommige kostuums, waarvan de vleugels ledverlichting hebben, zijn te omvangrijk om op rekken gehangen te worden. Ze worden daarom aan het plafond gehangen en komen tussen de nummers door naar beneden, precies op tijd voor de volgende kostuumwissel. 

En natuurlijk zijn er vele trainingen in de cancan, de dans die geldt als het Franse handelsmerk van het cabaret. “Dat is het eerste dat iedereen moet leren”, zegt Madison. “Bij de dans horen hoge zwaaien van het been, met je voet boven je hoofd. Als je dat niet goed uitvoert, kun je jezelf of je buur in het gezicht trappen”, legt ze uit. Deze pikante dans werd twee eeuwen geleden al uitgevoerd in Parijse arbeidersdanszalen. Lokale vrouwen in lange jurken met onderrokken gooiden tijdens het dansen hun benen hoog in de lucht, waarbij ze hun met kousen bedekte kuiten en dijen toonden – wat leidde tot luide aanmoedigingen en gejuich van het mannelijke publiek. 

De dans was alweer 50 jaar oud toen Charles Zidler en Joseph Oller hun danszaal in 1889 openden aan de Boulevard de Clichy in Montmartre. Deze heuvelachtige volksbuurt, die uitkijkt op de Franse hoofdstad, trok als een magneet schrijvers en schilders als Toulouse-Lautrec en Vincent van Gogh aan. Die introduceerden een vrijgevochten leefstijl die later vergroot en verfijnd werd door cinema en muzikale theatershows. De Franse cancan die vandaag de dag wordt uitgevoerd in de Moulin Rouge is een geëvolueerde versie van het oorspronkelijke rumoerige optreden, en wordt opgevoerd in vrolijke jurken met petticoats in de nationale kleuren van Frankrijk: rood, wit en blauw. 

“Wat ik hier doe, heeft weinig te maken met klassiek ballet”, beaamt Madison, “maar mijn klassieke training heeft me zeker geholpen. Ik had overigens ook ervaring met andere dansstijlen, zoals jazz.” De dansers wisselen de hoge beenzwaaien af met snelle spagaten (waarbij één been naar voren is uitgestrekt en het andere 180 graden naar achteren ligt). Met een totale duur van 6 minuten en 30 seconden is dit het meest inspannende deel van de show, en zeker geen dans die de amateurs uit de 19de eeuw – die immers geen professionele training kregen – zouden hebben kunnen uitvoeren. 

SB5_7548

“Na ruim twee weken was ik er klaar voor het podium op te gaan”, herinnert Madison zich. Ze had tijdens de cancan-training alle noodzakelijke passen geleerd en ze had eindeloos geoefend met kostuumwissels, totdat het natuurlijk aanvoelde. Maar dat was nog zonder publiek erbij. 

De avond van haar eerste optreden brak aan. “Ik voelde me prima, totdat ik het gemompel van honderden mensen hoorde. Toen ik de muziek hoorde, ging er een golf van adrenaline door me heen. Ik was doodsbang. Oké, dacht ik, daar gaan we dan.”

Die avond bewoog ze heel natuurlijk mee met de groep en ze voelde het hele ballet tegelijkertijd ademen. Af en toe voelde ze haar hart bonzen van opwinding en dan sloeg de twijfel weer toe: zou ze wel in staat zijn haar reeks bewegingen correct uit te voeren? Maar haar gebaren en de cadans ervan: alles klopte. Bij het rondwervelen zag ze lachende, stralende gezichten op de eerste rij. Een last viel van haar schouders. “Het was alsof al mijn harde werk van de afgelopen weken zich had uitbetaald”, herinnert ze zich.

De zenuwen kwamen niet meer terug, tot het moment dat ze startte met shows waarin ze topless optrad. Topless dansen is een traditie in de Moulin Rouge vanaf het moment dat een brand het theater verwoestte en het in 1921 herbouwd en opnieuw geopend werd. Topless optredens bezorgden Parijs internationaal een reputatie die zich het best laat samenvatten in de uitdrukking ‘oh la la’. De perceptie over deze pikanterie beweegt mee met de tijd: in de roaring twenties werd er anders over gedacht dan in de conservatieve jaren ’50, in de jaren ’60 die in het teken stonden van seksuele vrijheid en in de 21ste eeuw met de #MeToo-beweging en onze nieuw hervonden preutsheid. 

“Wij zien deze dans als een expressie van vrijheid van vrouwen, die kunnen optreden zoals zij goeddunken – iets dat niet in alle landen kan”, zegt Fanny Rabasse. “Niet alle dansers willen topless optreden, en dat is niet verplicht. We hebben ook rollen waarbij je volledig gekleed blijft.” Sommige dansers mógen zelfs niet topless optreden, omdat hun borsten zwaar zijn en ze zichzelf zouden kunnen bezeren tijdens de show. 

Hoe dan ook, voor Madison was het niet makkelijk om haar bovenkleding achterwege te laten om zo een meer centrale rol binnen het gezelschap te gaan spelen. Ze was eraan gewend halfnaakt tussen andere dansers rond te lopen, maar het is wat anders om zo op het podium te staan terwijl het gehele publiek naar je kijkt. “Maar toen keek ik naast me en zag ik 14 andere topless vrouwen naast me, waardoor het oké voelde. Er is niets erotisch aan deze dans.”

Echt? Het oorspronkelijke topless dansen in de Moulin Rouge mag dan prikkelend bedoeld zijn geweest, maar vandaag de dag wordt er op geen enkele manier onderstreept dat er topless danseressen op het podium staan. Ze zijn er gewoon. Op de dag van het interview ontlokte alleen het moment dat een acrobaat plagerig zijn shirt uittrok, om de buikspieren van zijn naakte torso aan te spannen, een stipclub-achtig gejuich. 

Acrobatiek is een van de korte circusacts die de show van 105 minuten met de naam Féerie onderbreken. De show wordt twee keer per avond opgevoerd op het podium, zeven avonden per week, 52 weken per jaar. Het programma is sinds het jaar 2000 ongewijzigd en houdt de historie van de Moulin Rouge in ere. Het kijkt terug op de begintijd, toen vrouwen uit de wijk er dansten, en de naoorlogse jaren van glamour goen artiesten van wereldformaat, zoals Edith Piaf, er optraden. 

Desondanks wordt het goed geconserveerde ‘oh la la’-imago van de Moulin Rouge beïnvloed door de porno-winkels en seksshows die in de wijk Pigalle het straatbeeld bepalen. De grenzen die de Moulin Rouge ooit opzocht, zijn door de ‘buren’ veel verder opgerekt dan het theater ooit gedaan heeft. “Veel mensen hebben een verkeerd beeld bij wat we hier doen. Ze denken dat het vergelijkbaar is met wat er gebeurt bij clubs verderop in de straat”, zegt Madison. Dit zijn misverstanden die soms ook spelen in het privéleven van de dansers, maar desondanks heeft Madison een romantische relatie met iemand die juist perfect begrijpt hoe het in elkaar zit: een van de obers. “We werken op dezelfde tijden”, zegt ze. De werkuren geven Madison ook tijd om te leren. Dansen mag dan een levenslange ambitie zijn, de houdbaarheid van een professionele danser is beperkt. Op 22-jarige leeftijd is Madison er goed van doordrongen dat een blessure haar carrière in de war kan schoppen of zelfs kan beëindigen. En zelfs als dat haar bespaard blijft, zal haar leeftijd over 10 of hooguit 15 jaar een einde maken aan wat ze het liefste doet. Sommige voormalige dansers zijn nog steeds verbonden aan de Moulin Rouge, zoals de eerder genoemde artistiek directeur Janet Pharaoh. Anderen beginnen een eigen dansstudio waar ze doceren, of ze starten een carrière als arts of makelaar. 

“Ik hoef niet per se in de danswereld te blijven als ik stop”, zegt Madison. “Gelukkig heb ik overdag veel tijd voor mijn andere interesses. Ik houd van interieurdesign en van pottenbakken, en ik overweeg hoe ik daarvan in de toekomst kan leven. Volgende maand begin ik met een nieuwe cursus Frans en daarna bekijk ik wat ik verder nog wil studeren.”

Madison (links) tijdens de warming up.

Op dit moment kijkt ze echter uit naar een nieuw hoogtepunt van haar carrière bij de Moulin Rouge.  Over een week of twee maakt ze haar debuut als een van de twee vrouwelijke solisten in de show. “Het is nogal uitdagend”, zegt Madison. “Maar ik heb veel hulp gekregen van een andere Australische danseres die deze rol al jarenlang heeft. We zullen samen optreden.” Met een brede glimlach voegt ze daaraan toe: “Mijn moeder komt uit Londen hiernaartoe om me te zien optreden.”

Op deze warme zomeravond verdwijnt Madison achter de coulissen om zichzelf met make-up om te toveren tot haar podiumpersoonlijkheid, en samen met haar collega’s doorloopt ze een relaxte warming-up voor de show. Terwijl ze praten en lachen, stretchen ze hun rug en hamstrings tot in het extreme. Eindelijk klinkt er vanuit het auditorium een stem die het publiek verwelkomt en die benadrukt dat het ten strengste verboden is om tijdens het optreden foto’s of video’s te maken. De muziek zwelt aan terwijl de laatste flessen champagne aan tafel geserveerd worden. En daar zijn ze, tientallen enthousiaste dansers in glinsterende kostuums, met Madison voorop, aan de rechterkant van het podium, terwijl ze hun eerste nummer inzetten: Paris Dances.